Artikel 2 1. Deze
richtlijn heeft tot doel bij te dragen tot het
waarborgen van de biologische diversiteit door
het instandhouden van de natuurlijke habitats en
de wilde flora en fauna op het Europese
grondgebied van de Lid-Staten waarop het Verdrag
van toepassing is.
2. De
op grond van deze richtlijn genomen maatregelen
beogen de natuurlijke habitats en de wilde dier-
en plantesoorten van communautair belang in een
gunstige staat van instandhouding te behouden of
te herstellen.
3. In
de op grond van deze richtlijn genomen
maatregelen wordt rekening gehouden met de
vereisten op economisch, sociaal en cultureel
gebied, en met de regionale en lokale
bijzonderheden.
|