Kenmerken |
Soort |
Veldkenmerken blad en stengel |
Kroon-
slippen |
Kelk-
slippen |
Meel-
draden |
Veldkenmerken
bloem en vrucht |
Blad zeer klein |
Blad
naaldvormig en in kransen;
plant houtig |
4 |
4 |
8 |
Bloem
urvormig en eindeling dicht bijeen; paars |
Dophei |
Blad
schubvormig en dakpansgewijs; plant houtig |
4 |
4 |
8 |
Kelk
paars! Bloeiwijze tros- of pluimvormig |
Struikhei |
Blad tegenover- staand |
Kruipende
stengels;
blad iets leerachtig;
elliptisch |
5 |
5 |
5 |
Bloem
violet-blauw, kroonslippen vrij lang en stomp;
bloemsteel vrij lang |
Kleine
maagdenpalm |
Stengels
rechtopstaand;
en vierkant (lijsten) |
5 |
5 |
5 |
Bloem
roze, min of meer schermachtig;
meeldraden tussen de kroonslippen |
Duizendguldenkruid |
Stengels
slap en liggend vierkant;
blad rondachtig |
5 |
5 |
5 |
Bloem
rood en bloemen alleen staand, vrij lang
gesteeld;
een bloem per bladoksel |
Rood
guichelheil |
Stengels
rechtopstaand |
5 |
5 |
5 |
Kroon
geel;
bloemen in pluimen |
Grote
wederik |
Blad in kransen of kruisgewijs,
stengel slap, liggend, klimmend |
4 |
0/4 |
4 |
Bloemen
zeer klein; kelk vaak ontbrekend |
Walstrofamilie |
Verspreide bladstand of in
kransen van drie |
Alle
bladen in een rozet |
4 |
4 |
4 |
Bloeiwijze
dicht aarvormig; meeldraden lang en ver naar
buiten stekend |
Weegbreefamilie |
Planten
zacht tot ruw behaard |
5 |
5 |
5 |
Bloemknoppen
in een schicht (spiraalvormig opgerold);
4-delige splitvrucht |
Ruwbladigenfamilie |
Planten
kaal of zacht behaard; zonder ranken |
5 |
5 |
5 |
Kroonslippen
stervormig;
rijpe vrucht een rode of zwarte sappige bes |
Nachtschadefamilie |
Plant
kaal, gaffelvormig vertakt |
5 |
5 |
5 |
Kroon
trompetvormig, wit of lila;
op splitsing der takken stekelige vruchten |
Doornappel |
Stengel
hoog rechtopstaand of kruipend |
5 |
5 |
5 |
Kroon
geel; meeldraden voor de kroonslippen;
bloem in pluimen of alleenstaand |
Wederik |
Blad
rond tot lancetvormig |
5 |
5 |
5 |
Blauwe
klokvormige bloemen;
doosvrucht |
Klokjesfamilie |
Stengels
zeer lang; blad hart-, spies- of pijlvormig |
5 |
5 |
5 |
Bloemen
wit of roze, vrij groot en trechtervormig |
Windefamilie |
Bladen
met parallel lopende nerven |
6 |
0 |
6 |
Kleine,
witte, klok- tot buisachtige, hangende bloemen;
vrucht een bes |
Leliefamilie |