.
.
.
.
Volgnr. |
Vraag |
Afbeelding |
Ga naar |
Volgnr. |
Taxon |
Vervolg tabel |
1 |
a |
Bovenzijde van het thallus bedekt
met opgezwollen blaasjes, waarin een archegonium (of een bijna
ongesteeld sporenkapsel) dan wel een antheridium.
|
|
|
Sphaerocarpaceae |
TABEL |
b |
Bovenzijde van het thallus niet
bedekt met blaasjes. |
|
2 |
|
|
2 |
a |
Bovenzijde van het thallus met
broedbekers, flesjes of halvemaanvormige organen, gevuld met
groene broedkorrels. |
|
3 |
|
|
b |
Geen broedbekers, flesjes of
halvemaanvormige organen. |
|
4 |
|
|
3 |
a |
Met broedbekers. |
|
|
Marchantiaceae |
TABEL |
b |
Met flesjes. |
|
|
Blasiaceae |
TABEL |
c |
Met halvemaanvormige organen.
|
|
|
Lunulariaceae |
TABEL |
4 |
a |
Thalluscellen met slechts 1 grote
chloroplast.
Sporofyten lijnvormig (op een gras-kiemplant lijkend), vaak in
groot aantal op de bovenzijde van het thallus, tot 5 cm lang,
bij rijpheid met 2 kleppen openspringend. |
|
|
Anthocerotaceae |
TABEL |
b |
Thalluscellen met talrijke kleine
chloroplasten.
Sporofyten niet lijnvormig. |
|
5 |
|
|
5 |
a |
Planten in groene tot blauwgroene
rozetten of als losse, gevorkte thalli op aarde of drijvend op
het water.
Thallus aan de bovenzijde vaak met een overlangse groef, aan de
top hartvormig ingesneden.
Thallus aan de onderzijde met gestippelde rizoïden en soms met
duidelijke schubben.
Sporenkapsels ongesteeld, bolvormig, ingezonken in oudere delen
van het thallus (zichtbaar als zwarte punten). |
|
|
Ricciaceae |
TABEL |
b |
Planten anders. |
|
6 |
|
|
6 |
a |
Bovenzijde van het thallus
duidelijk netvormig getekend. (Fig. 118, 122) |
|
|
|
|
b |
Bovenzijde van het thallus niet
netvormig getekend. |
|
11 |
|
|
7 |
a |
Thallus smaller dan 4 mm.
Archegoniën en sporofyt ingezonken in het thallus of in een
mosselvormig involucrum onder de thallustop |
|
8 |
|
|
b |
Thallus breder dan 4 mm.
Archegoniën en sporofyt aan de onderzijde van gesteelde,
parapluvormige receptacula. |
|
|
|
|
8 |
a |
Thallus bandvormig, weinig
vertakt, bovenzijde glanzend donkergroen met duidelijke witte
porien, onderzijde zwart. Sporofyt in een groot, zwart,
mosselvormig involucrum onder de thallustop. |
|
|
Targioniaceae |
TABEL |
b |
Thallus gevorkt vertakt,
bovenzijde groen tot blauwgroen, porien ontbrekend of
microscopisch klein, onderzijde bleekgroen.
Sporofyt ingezonken in oudere delen van het thallus, geen
mosselvormig involucrum aanwezig. |
|
|
Ricciaceae |
TABEL |
9 |
a |
Bovenzijde van het thallus met
zeer opvallende netvormige tekening (met het blote oog duidelijk
zichtbaar) en poriën, de poriën vulkaanachtig opgeheven, op
doorsnede niet tonvormig (Fig. 118).
Thallus zeer groot, vaak 10-15 cm lang, bovenzijde zonder paarse
middenstreep, onderzijde groen, met schubben in 2 rijen.
|
|
|
Conocephalaceae |
TABEL |
b |
Bovenzijde van het thallus met
weinig opvallende netvormige tekening en poriën, de poriën niet
of weinig opgeheven, op doorsnede tonvormig (Fig. 122).
Thallus kleiner, bovenzijde soms met een paarse middenstreep,
onderzijde groen tot paarsrood, met schubben in 2-8 rijen.
|
|
|
Marchantiaceae |
TABEL |
10 |
a |
Bovenzijde van het thallus met
k1eine poriën, op doorsnede met talrijke k1eine luchtkamers in
verscheidene lagen boven elkaar. Archegoniën en sporofyt aan de
onderzijde van gesteelde parapluvormige receptacula.
|
|
|
Aytoniaceae |
TABEL |
b |
Bovenzijde van het thallus zonder
poriën, luchtkamers afwezig (indien aanwezig, zie Riccia).
Geen gesteelde receptacula. |
|
|
|
|
11 |
a |
Thallus met een scherp begrensde,
opgezwollen smalle nerf. Thallusranden over de gehele lengte
hehaard of met enkele tanden of ciliën hij de top, zelden kaal. |
|
12 |
|
|
b |
Nerf vaag begrensd of onthrekend.
Thallusranden kaal. |
|
13 |
|
|
12 |
a |
Thallus 0.5-2 mm hreed, randen
over de gehele lengte hehaard. Gametangiën, op de onderzijde van
de nerf. |
|
|
Metzgeriaceae |
TABEL |
b |
Thallus hreder dan 2 mm, randen
onhehaard, soms met enkele ciliën of tanden hij de top.
Gametangiën op of langs de bovenzijde van de nerf, omgeven door
talrijke schubjes of k1eine franje. |
|
|
Pallaviciniaceae |
TABEL |
13 |
a |
Thallus 1 cellaag dik.
|
|
|
Prothallium van
varens of protonema van Tetraphis of Sphagnum
|
|
b |
Thallus meer cellagen dik.
|
|
14 |
|
|
14 |
a |
Thallus half-bolvormig
kussenvormig, met talrijke lamelachtige uitgroeiingen.
|
|
|
Prothallium van
Equisetum |
|
b |
Thallus vlak of iets gewelfd,
zonder lamelachtige uitgroeiingen. |
|
15 |
|
|
15 |
a |
Thallus gevorkt vertakt, los
kruipend of rozetten vormend. |
|
16 |
|
|
b |
Thallus niet gevorkt vertakt.
|
|
17 |
|
|
16 |
a |
Thallus volledig ongenerfd, zonder
1-cellaag dikke vleugels.
Rizoïden gestippeld. |
|
|
Ricciaceae |
TABEL |
b |
Thallus met een onduidelijk
begrensde middennerf en methrede, 1 cellaag dikke vleugels.
Rizoïden glad. |
|
|
|
|
17 |
a |
Thallus onderzijde met
blauwwierkolonies (Nostoc), zichtbaar als donkere, puntvormige
opzwellingen aan weerszijden van de nerf, en met k1eine schubben
in 2 rijen.
Thalli bleekgroen, randen sterk gelobd. |
|
|
Blasiaceae |
TABEL |
b |
Thallus zonder blauwwierkolonies,
schubben ontbrekend.
Thalli donkergroen, het nerfgedeelte soms rood- of paarsachtig,
thallusranden vlak of gegolfd. |
|
|
Pelliaceae |
TABEL |
18 |
a |
Thallus enkelvoudig of
onregelmatig tot geveerd vertakt, met generfde zijtakken of
volledig ongenerfd.
Thalli eenk1eurig groen tot bruin, bleek of zwartachtig, nooit
rood of paars verk1eurend.
Thallusvleugels, indien aanwezig, 1-4 cellen breed.
Thallusuiteinde aan de onderzijde met 1-cellige slijmpapillel.
Gametangiën aan de thallusranden of op korte zijtakken.
|
|
|
Aneuraceae |
TABEL |
b |
Thallus enkelvoudig of
onregelmatig vertakt (nooit geveerd!), over de gehele lengte met
een onscherp begrensde nerf.
Thalli donkergroen, het nerfgedeelte soms rood of paars
verkleurend.
Thallusvleugels meer dan 4 cellen breed.
Thallusuiteinde aan de onderzijde (en soms ook op de bovenzijde)
met meercellige slijmharen.
Gametangiën op de bovenzijde van het thallus. |
|
|
Pelliaceae |
TABEL |