werk in uitvoering
  NATUURSTUDIE



Biota
Eukaryota
 
INDELING 2005
 
Bomen en struikentabel
Determineren via het blad, Deel 4
Bladeren verspreid, gaafrandig
 
- NatuurCentruM RotterdaM -
 
KENMERKEN SYSTEEMOVERZICHT LITERATUUR WEBLINKS
SYNONIEMEN      
TABEL       KWEKEN

.

.

.

.

/\
NaaR
BoVeN


.
  /\
NaaR
BoVeN
Tabel
 
Kies Vraag Ga naar
Volgnr Taxon
1a    Blad zonder steel, hoogstens 3 cm lang   34  
1b    Blad langer 2  
2a   Blad (vooral de jongere) onder wit, grijs of bruin, nooit zuiver groen   29  
2b   Blad onder groen of blauwgroen     3  
3a   Vanuit de steel gaan 3 of 4 ongeveer even dikke nerven   27  
3b   Eén hoofdnerf    4  
4a   Blad + steel 10 cm lang    22  
4b   Blad zelden tot 10 cm    5  
5a   Bij grotere bladeren de steel 4 cm of langer 21  
5b   Kortere steel     6  
6a   Blad boven het midden het breedste      20  
6b   Blad in of onder het midden het breedste    7  
7a   Blad onder met fijne zwarte of gele punten of bruine schubben        Lavendelhei
7b   Blad niet zulke punten of schubben     8  
8a   Blad aan rand met opstaande haren   Rododendron
8b   Hoogstens in de jeugd gewimperd     9  
9a   Blad 4-6 maal zo lang als breed (6-20 cm lang)          Eik
9b   Blad niet 4 maal zo lang als breed      10   
10a   Doorns 19  
10b   Geen doorns     11  
11a   Zijnerven niet vertakt ('n fijn net tussen de zijnerven), zijnerven dik, vlak voor de rand ombuigend 17  
11b   Zijnerven vertakt of weinig opvallend     12  
12a   Takken hangend, lang en dun; dikwijls doorns, blad grijsgroen     Boksdoorn
12b   Takken niet hangend     13  
13a   Jonge takken hol; +/- 3-kantig      Nachtschaden
13b   Merg   14  
14a   Bladsteel 1-5 cm; zijnerven fijn         Peer
14b   Bladsteel korter    15  
15a   Bladrand wat golvend, sterk riekend (wrijven)   Laurier
15b   Bladrand gaaf of met stekende punten    16  
16a   Bladrand met stekende punten      Hulst
16b   Niet zo; takken dikwijls harig        Dwergmispel
17a   Zijnerven recht; merg groen of houtig         Beuk
17b   Zijnerven bogig     18  
18a   Hoogstens 6 paar zijnerven, in een boog naar de top gericht       Kornoelje
18b   Grotere bladen meer dan 6 paar zijnerven   Vuilboom
19a   Tak kantig, onder de bladeren 1-3 doorns, bladeren in bosjes               Berberis
19b   Tak niet kantig, krachtige doorns       Boksdoorn
20a   Blad klein, tot 4 cm, kaal       Spirea
20b   Blad langer       Vuilboom
21a   Slingerplant, jonge takken kantig, blad +/- pijlvormig             Duizendknoop
21b   Geen slingerplant       Peer
22a   Voet bladsteel een ringvormige lijn, grote bladeren (tot 40 cm)        Magnolia
22b   Geen ringlijn     23  
23a   Tak hol, kantig, bovenste bladeren vaak 3-tallig           Nachtschaden
23b   Tak met merg     24  
24a   Grote bladeren, steel 3-4 cm, aan de voet van de steel een vliezig kokertje      Duizendknoop
24b   Steel korter, geen vliezig kokertje      25  
25a   Bladeren meestal breder dan 5 cm    26  
25b   Bladeren smaller, kaal       Eik
26a   Rand iets opgerold (voelen), kaal glanzend, leerachtig               Laurierkers
26b   Rand niet opgerold, minstens 15 paar zij nerven, steel korter dan 1 cm        Eik
27a   Aan de voet van de bladsteel een vliezig kokertje                  Duizendknoop
27b   Geen vliezig kokertje 28  
28a   Blad leerachtig, klimwortels aan de stengel                  Klimop
28b   Blad niet leerachtig, groot (10-25 cm breed)        Moffenpijp
29a   Blad groot, aan voet bladsteel een ringlijn (loep)                Magnolia
29b   Geen ringlijn     30  
30a   Onderzijde blad met bruine of zilverige schubjes 33  
30b   Niet zo       31  
31a   Blad leerachtig, groot         Rododendron
31b   Blad niet leerachtig       32  
32a   Takken niet behaard        Wilg
32b   Takken behaard      Dwergmispel
33a   Bladeren van onder bruin of rood, leerachtig                   Rododendron
33b   Bladeren van onder zilverig       Olijfwilg
34a   Sommige bladeren 3-tallig, groene, kantige stengels                Brem
34b   Alle bladeren enkelvoudig     35  
35a   Onder de bladeren (in bosjes) 1-3 doorns                 Berberis
35b   Geen doorns     36  
36a   Bladeren van onder bruine schubjes        Lavendelhei
36b   Geen bruine schubjes     37  
37a   Takken behaard        38  
37b   Takken niet behaard of weinig        Wilg
38a   Bladeren +/- 2 maal zo lang als breed, tot 2 cm lang                   Spirea
38b   Niet 2 maal zo lang als breed en anders kleiner               Dwergmispel
.

/\
NaaR
BoVeN


Vragen, correcties, aanvullingen of tips ontvangen wij graag per E-MAIL.

/BOMEN EN STRUIKENTABEL, BLAD, DEEL 4.htm

© NatuurCentruM RotterdaM

WEBSITEREDACTIE

Voor het laatst bijgewerkt op 06 januari 2019

Titel
BOMEN EN STRUIKENTABEL, DETERMINEREN VIA HET BLAD, DEEL 4, BLADEREN VERSPREID, GAAFRANDIG

Beschrijving

Trefwoorden