Net als planten en dieren stellen paddestoelen hun eigen specifieke eisen aan hun groeiplaats. De soortenrijkdom van een terrein is in eerste instantie afhankelijk van de basissituatie: met name bodemtype, vochtvoorziening en leeftijd van het terrein.
Daarnaast is vooral de variatie aan biotopen en beheervormen van het terrein bepalend voor de soortenrijkdom. Variatie in beheer schept weer variatie in biotopen.

Zo is variatie in de ruimte, vanaf het niveau van vele hectaren tot op de vierkante centimeter, van groot belang voor de natuurrijkdom.

Hoewel diverse organismen gebaat zijn bij een zekere dynamiek, is het toch veelal van belang dat het bebeer constant is: op een plek jarenlang hetzelfde beheer verhoogt de soortenrijkdom.
Immers, hierdoor kan een uitgebalanceerd systeem met complexe soortenrelaties ontstaan, dat ook kritische en langzame soorten de gelegenheid biedt zich te vestigen en te handhaven.
Bij een steeds wisselend beheer daarentegen kunnen alleen de echte opportunisten zich handhaven.

Succesvol beheer wordt gekenmerkt door:
VARIATIE IN DE RUIMTE
CONSTANT IN DE TIJD
Naast deze 'gulden regel' is ook de schaal van het gebied van belang voor de natuurwaarde. -Met het toenemen van de grootte van een biotoop ontstaat er meer variatie en ook ruimte  voor meer soorten, totdat in de optimale situatie vrijwel alle karakteristieke soorten aanwezig zijn.

Een eikenlaan van 100 bomen herbergt normaliter beduidend meer paddestoelsoorten dan een laantje van l0 bomen onder dezelfde omstandigheden; aan de andere kant is de soortenrijkdom nauwelijks hoger in een laan van 1000 bomen.
De optima liggen per biotoop en per soort verschillend, richtlijnen zijn nauwelijks te geven, ook gelet op andere belangen: de variatie in de ruimte, en ook de andere organismen in de natuur, namelijk planten en dieren, maar ook landschappelijke en cultuurhistorische waarden.

Het is aan de beheerder een juiste afweging te maken. Bij het maken van die afwegingen is het voor het beheer (van paddestoelen in dit geval) van belang kansrijke situaties te herkennen.

Kansrijke situaties zijn te vinden in terreinen met:
 - aanwezigheid gradiënten in reliëf of bodem
 - mycorriza-bomen + korte schrale mosrijke vegetatie
 - incidenteel afwijkende boomsoorten in laan
 - mosrijke steilkanten
 - voedselarme niet verzuurde bodem, kalkrijke bodem
 - lokale grondwaterinvloed/kwel
 - strooiselarme plekken

schema